Overslaan en naar de inhoud gaan

Achtergrond en verantwoording risicofactorenkaart

  

Deze risicofactorenkaart is een initiatief van Jeugd ggz en Ouder Kind Lijn  

Achtergrond en verantwoording

De achtergrond van de risicofactorenkaart zijn de Adverse Child Experiences (ACE) studies, Early Life Stress (ELS) research, het 'cumulative stress model' of 'cascade model'.
De diagnostische
driehoek (zie figuur 1) is een schematische weergave van hoe de zich ontwikkelende ouder-kindrelatie en hechting worden beïnvloed vanuit een complex samenspel van op elkaar inwerkende kind-, ouder/gezin- en omgevingsfactoren.

Risicofactoren tijdens zwangerschap en de vroege ontwikkeling hebben we concreet op de kaart gezet. Uit verschillend onderzoek blijkt dat het risico significant toeneemt bij een opeenstapeling van stressoren (cumulatieve stress model) en dat daarbij het aantal risicofactoren zwaarder weegt dan de aard van het risico. Bijvoorbeeld uit de ACE studies (Felitti et al.,1998) blijkt een significante toename van risico op fysieke en mentale problemen bij 4 of meer risicofactoren (ACEs). Voor jonge kinderen (0-6 jaar) is aangetoond dat de aanwezigheid van 3 of meer ACEs een significant verhoogde kans geeft op gedrags- en emotionele problemen, zoals agressie, aandachtsproblemen en angst, in vergelijking met de groep kinderen die geen ACEs hebben (Liming and Grube, 2018).  
In de weging van risicofactoren is wel een onderscheid te maken tussen ‘directe’ of ‘nabije’ risicofactoren zoals ouder- en gezinsfactoren en risicofactoren die meer een ‘indirecte’ invloed hebben, omgevingsfactoren zoals armoede, huisvesting, discriminatie. De risicofactoren bij de ouder en in het gezin hebben vanzelfsprekend een grote invloed, maar bij een opeenstapeling van ‘indirecte’ risico factoren in de omgeving blijkt er ook een groot risico op de zich ontwikkelende ouder-kindrelatie (Cyr et al. 2010). Het gaat altijd om een complex samenspel waarbij factoren elkaar over en weer beïnvloeden.

diagnostische trias van Papousek

Uit onderzoek blijkt dus dat het risico toeneemt bij de aanwezigheid van 4 tot 5 risicofactoren. We hebben er daarom een paar beslisregels aan toegevoegd*:

1. elke rode risicofactor of in totaal 4-5 risicofactoren zijn reden tot zorg en aanleiding om de situatie in het (sociaal) wijkteam / CJG te bespreken. Ga daarbij altijd na welke andere hulpverleners reeds betrokken zijn en stem de hulp op elkaar af.

2. Als er risicofactoren op 2 of 3 domeinen zijn (kind, ouder/gezin, omgeving) dan bestaat er een groot risico dat de zich ontwikkelende ouder-kindrelatie onder druk staat. Dat is aanleiding voor consult bij een jonge kind expert of Infant Mental Health specialist.

*Dit is een algemene richtlijn. Risicofactoren dienen gewogen te worden in de totale context van kind, gezin en omgeving, waarbij ook beschermende factoren invloed hebben.

Auteurs: Hanna Stolper en Marja Rexwinkel (2019)

Bronnen: Stress Index (Balbernie, 2013), ACE study (Felitty & Anda,1998), 'cumulative stress model' (Agorastos et al. 2019, Nederhof & Schmidt, 2012), Trias van Papousek (2004).

 

manifest 1001 kritieke dagen

 

actieprogramma Kansrijke Start

 

meer informatie over de eerste 1000 dagen

 

meer informatie voor verwijzen

Accepteer eerst de cookies

Voordat u video's op onze site kunt bekijken moet u eerst akkoord gaan met onze cookievoorwaarden.